Ondernemer: ’to be or not to be!’
Wanneer ben je nu eigenlijk ondernemer? Een belangrijke vraag die je eerst goed moet gaan beantwoorden. Blijft hetgeen je uitoefent een hobby of wil je het verder gaan uitbouwen en er zelfs je beroep van maken. Waar ligt de grens en wie bepaalt deze nu eigenlijk?
Op een bepaalde dag weet je het zeker: ‘je wordt ondernemer!’. Een mooie kreet – ietwat aangepast aan dit onderwerp – ontleend aan een reclamespot van een grote onderneming in Nederland. Eentje die daarbij mooi aansluit is: ‘Weet je wat jij eens zou moeten doen….?’ en je gaat dus netjes naar de Kamer van Koophandel om je in te schrijven om vervolgens de Belastingdienst van jou voornemen op de hoogte te brengen. En toen bleken deze regels helemaal niet zo simpel en bleken er meer mogelijkheden en hobbels op de weg van het ondernemerschap te liggen.
Wat is ondernemen? En wanneer ben je nu eigenlijk ondernemer? Blijft hetgeen je uitoefent een hobby of wil je het verder gaan uitbouwen en er zelfs je beroep van maken. Iedereen begrijpt dat dit twee uitersten zijn, maar waar ligt de grens en wie bepaald deze nu eigenlijk? En toen bleken de verschillende instanties er zelf nog wat criteria aan te houden om te bepalen of jij ondernemer bent of niet.
Kamer van Koophandel
In het handelsregister staan alle ondernemingen die in Nederland actief zijn geregistreerd is een onjuiste gedachte. Je moet eerst aan de criteria van de Kamer van Koophandel voldoen, wil je door hen aangemerkt worden als ondernemer.
Deze criteria zijn:
§ Er wordt een ‘regelmatige maatschappelijke werkzaamheid’ verricht;
§ De werkzaamheden worden tegen betaling verricht;
§ Er wordt zelfstandig opgetreden, dus voor eigen rekening en risico;
§ Er wordt openlijk opgetreden, in concurrentie met anderen;
§ Er wordt deelgenomen aan het economisch verkeer in een georganiseerd verband. Dit verband is gericht op samenwerking van mensen, kapitaal en/of goederen;
§ Er wordt winst of kostenbesparing beoogd. Dit is ruimer dan het gebruikelijke begrip winst. Het gaat hier niet om of de ondernemer daadwerkelijk winst heeft gemaakt of kosten heeft bespaard, maar of hij/zij dit als doel heeft.
Bij het lezen van deze criteria vallen natuurlijk een groot grijs gebied op. Wat is nu met een regelmatige maatschappelijke werkzaamheid? Is dat wanneer iemand elke maand een uur lang de werkzaamheden verricht, een hele week per jaar of een aantal uren per week? Denk hierbij bijvoorbeeld aan die personen die naast hun dienstbetrekking nog wat activiteiten ontplooien. De grens hobby of onderneming (meer onderscheid in deze is er niet) is dus lastig te bepalen.
Wanneer je overigens tot de conclusie komt dat jij wel ondernemer bent volgens deze criteria, bestaat ook nog de kans dat je niet ingeschreven mag worden. Er zijn namelijk nogal wat vrijstellingen van deze verplichting, maar raadpleeg daarvoor de website van de Kamer van Koophandel.
Belastingdienst
Ondernemer voor de Belastingdienst wordt je ook niet zomaar en kan zelfs per belastingsoort verschillen. De belangrijkste belastingsoorten die wij in Nederland kennen in relatie tot dit onderwerp zijn de Loonheffingen, Omzetbelasting, Vennootschapsbelasting en de Inkomstenbelasting.
Loonheffingen
De Loonheffingen bestaan eigenlijk uit twee soorten, namelijk de Loonbelasting en de Sociale Premies. Deze zijn per 1 januari 2006 (invoering wet WALVIS) samengevoegd tot één belastingsoort en wordt uitgevoerd door de Belastingdienst. Voorheen werd het onderdeel Sociale Premies uitgevoerd door het UWV. Beide instellingen hadden verschillende criteria over het fenomeen ondernemer en dat leidde nogal eens tot verschillende uitkomsten. Met de invoering wet WALVIS is hierin helaas nog geen echte duidelijkheid geschapen, maar bestaat er geen verschil meer in opvatting tussen de Loonbelasting en de Sociale Premies.
Voor de Loonheffingen is het tegenwoordig belastbaar loon of niet belastbaar loon. Hierbij worden een aantal vuistregels gehanteerd. Deze zijn:
§ Meer dan 3 opdrachtgevers per jaar;
§ Er is geen arbeidsverhouding tussen opdrachtgever en opdrachtnemer;
§ Niet meer dan 60% van de netto-omzet wordt behaald bij één opdrachtgever.
Ook hier zijn weer een aantal grote grijze gebieden, want wanneer niet voldaan wordt aan deze vuistregels, komt het aan op de interpretatie van de regels die hiervoor gesteld zijn. Hierbij moet de betrokken partijen aannemelijk maken dat zij wel zelfstandig ondernemer zijn of gewoon in loondienst werkzaamheden verrichten.
Daarnaast komt hierbij ook het gewoontepatroon aanbod. Met andere woorden, hoe was het in de periode ervoor en hoe ziet de toekomst eruit. Vastgesteld moet worden of er sprake kan zijn van toeval dat er dit jaar niet voldaan wordt aan deze criteria of dat er stelselmatig niet wordt voldaan. In dit laatste geval kan er dan sprake zijn van loon in dienstbetrekking in plaats van het sturen van een factuur in het kader van het uitoefenen van een onderneming.
Om te voorkomen dat er achteraf onduidelijkheid blijkt te bestaan of er sprake is van zelfstandig ondernemerschap of een dienstbetrekking kan een VAR-verklaring worden opgevraagd bij de Belastingdienst.
Omzetbelasting
Voor de Omzetbelasting is de stelregel ‘Ieder die een bedrijf of beroep zelfstandig uitoefent’. Hieraan voldoe je dus nogal snel. Ook die personen die naast hun dienstbetrekking nog wat werkzaamheden uitvoeren in de avonduren, zullen al snel ondernemer zijn voor de Omzetbelasting. Ondernemer voor de Omzetbelasting ben je of ben je niet, dus er is geen middenweg. De grijze gebieden bevinden zich in de definities van de woorden ieder, bedrijf of beroep en zelfstandig.
Velen zullen nogal snel tot de conclusie komen dat zij ondernemer zijn voor de Omzetbelasting en zullen bij de aanmelding bij de Belastingdienst. Dan wordt het opeens weer heel ingewikkeld, want wanneer je op jaar basis niet veel Omzetbelasting hoeft af te dragen, kun je gebruik maken van de Kleine Ondernemers Regeling (KOR) met als gevolg dat het kan voorkomen dat je geen ondernemer meer wordt voor de Omzetbelasting. Ook kan het zijn dat je voor de Omzetbelasting niet belaste prestaties (werkzaamheden) verricht en zodoende dus geen ondernemer bent voor de Omzetbelasting.
Vennootschapsbelasting
De Vennootschapsbelasting is gelukkig heel duidelijk en rechtlijnig en je bent belastingplichtig of niet belastingplichtig voor deze vorm van belasting. Deze belasting is een soort Inkomstenbelasting, maar dan voor besloten vennootschappen met een beperkte aansprakelijkheid, naamloze vennootschappen, verenigingen en stichtingen.
Inkomstenbelasting
In dit rijtje van belastingen is dit de meest opmerkelijke ten aanzien van het ondernemerschap. De wet spreekt dan namelijk van winstgenieters, dus personen die voor eigen rekening een bedrijf of beroep uitoefenen. Vervolgens worden een paar groepen uitgesloten voor het predicaat winstgenieter, namelijk de aandeelhouders van een BV of NV.
Winstgenieters worden weer onderverdeelt in medegerechtigden en ondernemers. Een stille vennoot kwalificeert zich voornamelijk als medegerechtigden, maar er kunnen ook anderen medegerechtigd zijn tot het vermogen van de onderneming. De rest van de winstgenieters zouden dus vermoedelijk de ondernemers zijn.
Na dit onderscheid wordt getracht nog een onderscheid aan te brengen, namelijk tussen het voeren van een onderneming en andere werkzaamheden. Voor degene die het aangiftebiljet kennen, gaat het hierbij om de invoervakken ‘Winst uit onderneming’ of ‘Resultaat uit overige werkzaamheden’. De grens hiertussen is erg vaag. In de regel komen de bijverdiensten in het aangifte vak ‘Resultaat uit overige werkzaamheden’, maar een echte goede definitie van bijverdiensten is niet te geven.
Als het geen bijverdiensten zijn, dan zou er sprake kunnen zijn van een onderneming. Dit moet aannemelijk gemaakt worden door de ondernemer. De toetsing hierop vindt plaats aan de hand van de volgende criteria:
§ Winstgevendheid;
§ Zelfstandigheid;
§ Bedrijfskapitaal;
§ Tijdsbesteding;
§ Omvang (in tijd en geld) van de activiteiten;
§ Klanten;
§ Presentatie;
§ Het ondernemersrisico;
§ Aansprakelijkheid.
In de uitwerking van de aangifte zit wel degelijk een verschil in bijverdiensten of ondernemer zijn, want bij ‘Resultaat uit overige werkzaamheden’ moet slechts een zeer beknopt jaarverslag worden opgesteld en anders dient een uitgebreider jaarverslag (oftewel de winstaangifte) worden opgesteld, welke winst faciliteiten (waaronder de investeringsaftrek) beidt.
Het probleem van de slechte definities doet zich ook voor bij de definitie hobby. De kosten van een hobby zijn fiscaal niet aftrekbaar, totdat de hobby een bijverdienste wordt of dat er sprake kan zijn van een onderneming. Bij het omzetten van de hobby naar bijverdienste of onderneming mogen wel alle kosten in een keer ten laste van het resultaat gebracht worden, maar dan moet dit wel kunnen worden onderbouwd met aankoop- en betaalbewijzen.
Wanneer is vastgesteld dat je geen hobby uitoefent en er sprake is van een onderneming, zijn er weer een aantal mogelijkheden. Of je mag gebruik maken van speciale fiscale ondernemersfaciliteiten of niet. Op zich is dit gemakkelijk te bepalen aan de hand van de criteria die hierbij zijn vastgesteld, namelijk:
§ Er is sprake van een onderneming;
§ Er worden meer dan 1225 uren besteed aan de onderneming in het onderhavige jaar;
§ De ondernemer is niet ouder dan 65 (vanaf 1 januari 2007 is dit criterium komen te vervallen);
Wanneer voldaan wordt aan deze criteria kunnen gebruik worden gemaakt van de fiscale ondernemersfaciliteiten, zoals onder andere startersaftrek en zelfstandigenaftrek.
Het gevaar in de praktijk
Bij het starten van een onderneming loopt iedereen hier tegenaan en zal het allemaal wel goed geregeld worden en zijn. Het gaat echter mis na enige tijd. De Belastingdienst heeft hierin altijd een makkie, want zij komen pas controleren naar verloop van tijd en kunnen op eenvoudige wijze vaststellen of nog wel aan alle verplichtingen werd voldaan op die bepaalde momenten, met alle gevolgen van dien.
De grootste pijn zit hem in de definitie van ondernemer voor de Inkomstenbelasting. Ondernemers kunnen immers gebruik maken van vele fiscale voorzieningen, maar wanneer achteraf blijkt dat je geen ondernemer bent (denk hierbij aan de vele grijze gebieden in de definities en de verschillende criteria), dan zullen de correcties snel gemaakt zijn met als gevolg naheffingsaanslagen en een (helaas) aan te passen fiscale planning.
Andersom kan ook. Vanuit de hobby worden al geruime tijd wat werkzaamheden verricht en bij een controle blijkt dat er eigenlijk geen sprake is van een hobby, maar van een bijverdienste of zelfs een onderneming. Ook dit heeft als gevolg dat er naheffingsaanslagen zullen volgen en ook deze fiscale planning moet worden aangepast. In dit geval kan er zelfs sprake zijn van meerdere belastingsoorten.
Ondernemen is leuk, maar het moet wel leuk blijven. Dus bezint eer u aan de belastingschulden begint!
Reacties